Met een fikse jerrycan humor in haar tank, stuitert Kelly van Loon door haar eigen beeldende parcours en produceert daarbij illustraties en schilderwerken met zogeheten franke teut. Met haar eigen artistieke werkplaats Dondergrond focust ze op kunst, ambacht en experiment. Haar WISPER-cursisten neemt ze doorgaans op sleeptouw als een werveldwind van enthousiasme en onderzoeksdrift.
/ welke beeldende weg bracht jou tot waar je op dit moment staat?
Als kind was ik geobsedeerd door kleurpotloodjes, tekenen, stickers ... Ik volgde vrije beeldende kunsten in het middelbaar en nadien de lerarenopleiding plastische opvoeding. Mijn artistieke honger bleef knagen en om dat verder te onderzoeken belandde ik aan het Sint-Lucas in de richting Open atelier. Ik liep er echter verloren in het conceptuele en werd er vaak op gewezen te anekdotisch of te illustratief te werken. Mijn echte passie lag bij expressief tekenen en schilderen en dat bracht mij naar de academie van Berchem. Verhalen vertellen, mensen doen lachen, personages bedenken: daar was mijn herwonnen artistiek geluk.
Ondanks die hobbelige leertrajecten en veel gevechten met mezelf, ben ik steeds blijven tekenen. Achteraf ben ik daar blij om: veel personages of uitspraken die nu een belangrijk deel uitmaken van mijn werk, zijn oorspronkelijk ontstaan uit die leerfrustraties.
/ welke markante personen hebben jouw leerpad gekruist?
Aan Sint-Lucas keek ik enorm op naar Koen Theys en zijn humoristische maar kritische manier om de dingen te benaderen. Zijn luide lach kon daarbij zowel een pijnlijk kritisch als een waarderend effect hebben. Via Koen belandden we in Brussel ook op de vetste tentoonstellingen en galeries. Maar vooral Vera Bohnen speelde een belangrijke rol, als illustrator én als lesgever heeft ze mij aan de academie van Berchem veel bijgebracht met haar eindeloze geduld, warrige maar fantastische persoonlijkheid en aanstekelijk enthousiasme.
/ is er een terugkerend motief in wat je zelf maakt?
Humor loert steeds om de hoek, in de vorm van personages, (zelf)spot, banaliteiten, frustraties … Mijn werken hebben een franke teut zoals ons moeder zou zeggen. Ook combineer ik graag tekst en beeld in mijn illustraties en schilderwerk. Ik vind het belangrijk om steeds ruimte te bewaren voor poëzie, tekstueel en/of visueel.
/ welke projecten houden jou op dit moment bezig?
Ik werk nu aan een aantal improvisatietekeningen die te zien zullen zijn op de groepstentoonstelling Walktrough, georganiseerd door de lerarenopleiding waar ik destijds zelf les volgde. Ook broed ik al lang op een idee om met mijn vzw Dondergrond een expo te laten cureren en maken door jongeren, die op hun beurt begeleid worden door kunstenaars in hun vertrouwde omgeving. Een project van lange adem, waar ik hopelijk binnenkort meer over van de daken kan schreeuwen!
/ wat vind jij de grootste uitdaging als docente?
Overdag geef ik les aan jonge, rumoerige pubers met hun harten op de tong. Het contrast met een rustig atelier vol hardwerkende WISPER-cursisten is dan vaak groot (lacht). Zo groot dat ik mij ga afvragen of de groep het wel leuk vindt en of iedereen wel op zijn gemak is. Daar moet ik toch elke keer weer een knop voor omdraaien.
/ Heb je een favoriet WISPER-moment tot nu toe?
Het weekend Humor in Beeld in het geweldige Stormkop: zo'n coole en rustige plek met een zot kantje, echt een artistieke speeltuin! De zon scheen, de cursisten waren enthousiast en er werd enorm veel gelachen, ik was ook razend trots op de resultaten.
Een ander lievelingsmoment was tijdens mijn eerste les kopiecollage, waarbij we aan de slag gingen met gedateerde oude kopieerapparaten. Uiteraard zat er bij één machine tijdens het eerste uur al massa’s papier vast. Enkele cursisten haalden hun beste reparatieskills boven en gingen als ware papierchirurgen aan de slag. Na lang proberen is het hen gelukt. Zo leerden ze elkaar en de machine beter kennen en ik ben hen de hele cursus dankbaar geweest want dat apparaat kopieerde beter dan ooit tevoren.
/ in jouw WISPER-cursussen wijk je ook graag af van gekende technieken. Een weerspiegeling van je eigen manier van werken?
Ja, ik ben een grote voorstander van het loslaten van gekende werkwijzen! In de zoektocht naar nieuwe mogelijkheden kan je technieken heruitvinden of ze aanpassen zodat ze nog beter aanleunen bij je beeldtaal. Tegelijkertijd is het ook een oefening in falen, eens goed op je bek gaan kan ontzettend leerrijk zijn. Al prutsend ontdekken en leren hoe iets werkt, brengt je vaak terug naar de essentie van een techniek of een onderwerp. Het mooie aan experimenteren is dat het je ook leert om de controle te lossen: in die vrijheid kan zoveel interessants ontstaan.
/ met welke kunstenaar zou jij wel eens een nachtje willen doorzakken?
Banksy en zijn street art kompanen: Space Invader, Shehard Fairey … Zijn rebelse maar geniale en kritische stukken maken mij blij en hoopvol. En volgens mij zegt dat ook iets over zijn kwaliteiten als drinkebroer. Misschien kunnen we dan nadien wat nachtelijk kattenkwaad uithalen (lacht).
/ stel: je krijgt carte blanche voor je volgende WISPER-cursus. Wat ga je bekokstoven?
Ik ben onlangs op vakantie geweest in de Portugese Algarve en werd daar enorm geïnspireerd door de goede vibes, de natuur, de waanzinnige stranden, de geuren en smaken van dat land … Zo’n vakantiecursus waarbij we gaan tekenen in de wilde natuur, in kleine stadjes aan het water, tijdens humoristische kerkbezoeken … Dat zie ik wel zitten. In Almancil staat er bijvoorbeeld een laat-Middeleeuws kerkje, van onder tot boven bekleed met blauw-witte tegels die in geuren en kleuren allerlei Robin Hoodiaanse taferelen uitbeelden. Ik vond het verhaal en de imposante blauw-witte tegelkerk zo goed dat ik er spontaan mijn schetspapier bovenhaalde. Dát soort momenten wil ik kunnen laten gebeuren.
En als ik dan toch mag dromen, koppel ik er een roadtrip aan. In zo’n gele oude Volkswagenbus gevuld met schildersezels, een bende enthousiaste Wisperlingen, wat flessen wijn en een hoop ecolinestiften. Kunnen komen en gaan waar de inspiratie ons brengt en zo gaandeweg aan een beeldend reisverslag werken. Zalig!