Interview

Jelle Sluyts

Fotografeert graag traag, is wars van technische perfectie en stijlbeperkingen, zweert bij zijn 50mm-lens. En bij WISPER is hij al een paar jaar een vaste waarde in ons fotografie-aanbod. Tijd om de man achter de camera eens onder de loep te nemen.

BLOG | Jelle Sluyts

/ stond fotografie voor jou in de sterren geschreven?
Ik zou het zeker niet als een duidelijke roeping omschrijven. Telkens ik met fotografie in aanraking kwam, was er wel die fascinatie, maar de keuze om er ook écht iets mee te doen, heeft lang moeten rijpen. Toen ik effectief met mijn opleiding startte, was ik 24 en had ik al twee afgebroken studies en een paar jaar reizen en werken achter de rug. De beslissing is uiteindelijk gevallen tijdens een reis met mijn broer. Zelf had ik niet eens een camera bij, maar mijn broer wel en ik begon onderweg steeds meer met zijn toestel te experimenteren.

/ is er een advies dat je uit die periode is bijgebleven?
Eén van mijn docenten zei ooit: “Alle fotografen grijpen op termijn terug naar de 50mm-lens.” De standaardlens die hetzelfde toont als het menselijk oog, zonder vervorming, dus. Vroeger had ik meer lenzen, nu fotograaf ik zelf bijna alles met een 50mm. Ik vind ook niet dat je veel of duur materiaal nodig hebt om goeie foto’s of sterke reeksen te maken, maar mijn ex-klasgenoten zouden het waarschijnlijk niet met mij eens zijn (lacht).

Alles op zijn tijd natuurlijk, als beginnend fotograaf moet je natuurlijk wel met het juiste materiaal de basistechnieken kunnen leren. Maar als puntje bij paaltje komt, ben ik vooral geïnteresseerd in de foto zelf, of die nu met een smartphone of met een toestel van € 4000 getrokken is.

/ welk misverstand zie jij als docent zelf vaak terugkomen bij beginnende fotografen?
Dat er één juiste manier is om iets te fotograferen. Er is alleen je eigen manier. Er zijn natuurlijk wel technische parameters die je volgens het boekje kan instellen, maar ook technische onjuistheid kan een sterk beeld opleveren. Ik ben wat van het principe dat je de technieken moet beheersen om er dan vervolgens bewust voor te kunnen kiezen om het anders te doen.

/ wat is voor jou de meerwaarde aan het leren fotograferen in groep?
Je kan aan 15 personen dezelfde opdracht kan geven en er gaan toch geen twee dezelfde resultaten tussenzitten. Juist omdat het fotograferen zelf individueel gebeurt en iedereen de oefening op zijn eigen manier uitvoert, is het bekijken en bespreken van elkaars beelden cruciaal. Je ziet dingen waar je niet eerder op had gelet, krijgt inspiratie om iets zelf uit te proberen, ziet wat werkt en wat niet … Het is doorheen dat proces dat je zelf een betere fotograaf wordt.

/ aan welk cursusmoment heb jij de beste herinneringen?
Elk moment waarop je ziet hoe verschillend elke deelnemer eenzelfde opdracht geïnterpreteerd heeft. Dan zie je cursisten echt evolueren en vooruitgaan. Ik probeer mijn oefeningen om die reden altijd zo open mogelijk te houden, om duidelijk te maken dat je elk onderwerp, hoe sec of hoe cliché ook, een persoonlijke touch kan geven. Alles wat je kent, moet je als fotograaf met een nieuw paar ogen bekijken en er opnieuw mee aan de slag gaan. Fotografie is geen weergave van de werkelijkheid, het is de weergave van jouw werkelijkheid.

/ welke fotograaf zou jij wel eens willen bombarderen tot onderwerp van een cursus?
Martin Parr. Of Nobuyushi Araki. Totaal verschillende fotografen, maar allebei met een veelheid aan foto’s die zich niet in één bepaalde stijl laten onderbrengen. En toch dragen al die foto’s duidelijk de stempel van hun fotograaf. Parr en Araki hebben allebei een eigen manier om iets vast te leggen, maar dat betekent niet dat ze dat steeds binnen dezelfde stijl doen. Dat gegeven lijkt me een interessant onderwerp voor een cursus.

/ is dat dan een eigen beeldtaal, zo’n stijloverschrijdende stempel?
Ik heb het een beetje moeilijk met het nastreven van een kenmerkende signature style. Ik vind dat het niet op die manier werkt. Het is juist bevrijdend en interessanter om met verschillende stijlen aan de slag te gaan. Er zijn heel wat manieren om je persoonlijke touch aan iets te geven. Zelf probeer ik ook altijd te vertrekken van de vraag hoe zie ik iets en hoe kan ik die kijk op de werkelijkheid weergeven op foto? en niet hoe kan ik mijn eigen stijl opleggen aan dit bepaald gegeven?

/ is er een bepaald onderwerp dat je in fotografisch opzicht extra boeit?
Ik vind dat alles interessant kan zijn en dat het niet gaat om origineel zijn. Uiteindelijk is alles toch al eens gefotografeerd. Zelf merk ik wel dat ik liever voorwerpen dan mensen fotografeer en ik krijg ook vaak te horen dat daar een lijn in zit. Zelf zie ik die niet altijd, maar bon (lacht).

Ik probeer er ook niet te veel over na te denken. Ik wil dingen fotograferen omdat ze mijn aandacht vangen en niet omdat ze onder een bepaalde interessecategorie zouden vallen. Vaak fotografeer ik gewoon iets omdat ik benieuwd ben naar wat het zou geven op foto. Omdat ik wil weten of het beeld interessant genoeg blijft op zich, zonder dat ik er een thema op hoef te plakken.

Dat is een heel traag en kritisch proces: ik fotograaf vooral analoog en selecteer daar nadien zo verregaand in dat er op een paar jaar tijd misschien drie of vier beelden mijn permanente selectie hebben gehaald.

/ Dus binnen 30 jaar komt de expo er?
Vroeger deed ik regelmatig tentoonstellingen, nu is het alweer jaren geleden. Ik ben daar nogal kritisch in geworden: geheel los van het onderwerp of de stijl waarin je beelden gefotografeerd zijn, moet een presentatie voor mij vooral kloppen. Het geheel dat je toont mag niet aanvoelen als samengegooid, de illusie moet in stand blijven.

Als ik niet uit volle overtuiging in dat verhaal kan stappen, haak ik onmiddellijk af. Dat geldt voor mijn eigen werk ook, dus ik weet niet of ik ooit nog een expo zal aangaan. Maar misschien is het ook niet per se mijn ambitie om te tonen. In dat opzicht herken ik mezelf in de anekdote van Gary Winogrand: na zijn dood werden er bij hem thuis duizenden onontwikkelde fotorolletjes gevonden. Die man fotografeerde in eerste instantie voor zichzelf, niet om te tonen.

Datum bericht di 15 december '20